Duits eten

In de kinderopvang hebben wij ook kinderen zitten die van onze buren komen. Namelijk uit Duitsland. We denken vaak dat er niet zo veel verschil is tussen de cultuur in Nederland en in de cultuur van Duitsland. Bijvoorbeeld in het eten. daar hechten ze veel waarde aan. Het moet goed en lekker zijn en ze eten er veel van. De Nederlandse frikandel, saté of kroket komt je er niet tegen. Veel regio’s hebben bovendien hun eigen Worstjestraditie. De Thüringer Rostbratwurst (Rost = rooster, waar hij op gegrild wordt), de Nürnberger Rostbratwurst (worstjes niet groter dan je vingers) zijn een begrip. In München is de Weißwurst de plaatselijke specialiteit. Ze gelden niet als “vette hap” maar als kwaliteitsvlees, dat je bij ons alleen bij de slager kunt krijgen. Brood… uh… daar zit wat anders in! Het standaard Duitse brood is zuurdesembrood. Dat is donker brood, dat door het zuurdeeg lang houdbaar is, en een stevige eigen smaak heeft. Het is vooral geschikt voor hartig beleg, want de combinatie met hagelslag levert een gevaarlijke chemische verbinding op

Al het broodbeleg wat wij kennen kun je in Duitsland ook krijgen, maar pindakaas en hagelslag zul je vrijwel nooit als broodbeleg tegenkomen. Hagelslag wordt als taart-versiering gebruik.

Melk bij het eten drinken is typisch voor Nederland. Dat drinken hun namelijk niet. Wel drinken ze veel water. Gemiddeld 97L per jaar. bij de maaltijd wordt vaak bronwater gedronken of vruchtensap gedronken. Soms ook al bier. Koffie is nog het meest geliefde drankje. Vaak is deze koffie wat sterker dan in Nederland. Ook  anders dan in Nederland eet men vaak tussen de middag warm. De kinderen vaak op school, de ouders op het werk.

wat kennen ze niet in Duitsland:

Wat kennen ze niet in Duitsland?

 vla, hagelslag, chocolade-letters, frikandellen, kroketten, stoofpeertjes (kennen ze alleen als toetje), cassis, het merk Spa, typisch Nederlands gebak en brood (moorkoppen, tompoezen, stroopwafels).